Dakspaan0000.0011

 

 Literatuur

 

- Haslinghuis, E.J. & H. Janse, Bouwkundige termen. Verklarend woordenboek van de westerse architectuur- en bouwhistorie. Leiden (Primavera Pers), 19973e druk, sterk uitgebreid [644 blz. ISBN 90.74310.33.8]. Hierin o.a.: blz. 422-423 (spaan); 147 (dok)

- Vries, D.J. de, met medewerking van F.C. Berkenvelder & W.J. Bloemink & J. Hollestelle, "Over pannen en daktegels: traditie en innovatie in de late middeleeuwen". In: A.C.F. Koch & C.J. Kolman & D.J. de Vries, "Verstening in drie IJsselsteden". In: Overijsselse Historische Bijdragen, 1985, blz. 23-146. [Overdruk; 123 blz. ISBN -]. (Hierin blz. 83-146.) Zie blz. 85-87: "Houten dakspanen".

- Vries, Dirk J. de, Bouwen in de late middeleeuwen. Stedelijke architectuur in het voormalige Over- en Nedersticht. Utrecht (Matrijs), 1994. [512 blz. ISBN 90.5345.056.4]. Hierin "Houten dakspanen, een dakbedekking van dunne houten plankjes": blz. 79

- Kipp, "Water en vuur" & "Dakbedekkingsvormen: 'weke daken' en 'harde daken'". In: Groot, H.L. de (red.), Het vuur beschouwd., Utrecht (Archeologisch en Bouwhistorisch Centrum Utrecht), 1990. [110 blz. ISBN -], blz. 77-110. Hierin vooral "Het 'weke dak'": blz. 89-90 (Rieten en strooien daken, geleemde daken, schindeldaken, dakspanen.)

- Beisterveld, Joh. & A.A. Kok, Het monumentale dak. Deel in de serie 'Heemschutserie', nr 54. Amsterdam (Allert de Lange), 1948. [123 blz. plus 62 foto's. ISBN -]. Hierin: blz. 10-14, afb. nr 1.

- Korevaar, A., & A. Bijls & M. Gout & L. Stijnen, Bouwkundige Encyclopedie. Tweede deel: L - Z. Amsterdam, Brussel (Elsevier), 1954. [691 blz. ISBN -]. Hierin "Schindels als dakbedekking": blz. 357. In Eerste deel: A - K: blz. 320 (mogelijke dakhelling)

- Rothuizen, E.J., Dakbedekkingen. Amsterdam (Van Mantgen & De Does), 1912voorwoord.  [220 blz. ISBN -]. Hierin: blz. 203, 205-207

- Meischke, R., De gotische bouwtraditie. Amersfoort (Bek­king), 1988cop. [305 blz. ISBN 90.6109.1977]. Hierin "Huizen en keuren": blz. 208-253 (Bewerking van eerdere publicatie in: J.G.N. Renaud (red.), "Rotterdam Papers II", Rotterdam, 1975, blz. 89-116). Hierin o.a. "Houten dakspanen": blz. 233. (Let op: onder "Het schindeldak": blz. 232-233 verstaat Meischke een een vorm van een rieten dak, waarbij diverse lagen leem tussen de riet-lagen aangebracht worden. Velen gebruiken "schindel" echter als synoniem voor dakspaan)

- Zwiers L., Bouwkundig Woordenboek. Tweede deel: L-Z. Amsterdam (Van Holkema & Warendorf), z.j. [1920]. [613 blz. ISBN -]. Hierin "Schindeldak": blz. 326-327, 376 ("Spanendak, o. Zie: Schindeldak" - dit is de relevante tekst volledig)

- Prins-Schimmel, M.A., De Buitenmolen te Zevenaar. Bouwhistorische verkenning. Rapport Arnhem (Gelders Genootschap) & Zevenaar (Gemeente Zevenaar), 2001. [22 bladen tekst plus 41 bladen met foto’s] (De molenkap is gedekt met schaliën: blz. 4 (aangehaald wordt een beschrijving uit 1721: “De kap of het dak, dat met schaliën (houten shingles) is gedekt, is – weliswaar – enige tijd geleden gerepareerd, maar nu alweer op sommige plaatsen vervallen”), blz. 18 [Bij: Voorzetten ten behoeve van het restauratieplan: “De met houten shingles bedekte dakschilden van de kap die slechte plekken vertonen, herstellen”), bij de afbeeldingen achterin vooral: afb.-nr 13a, 13b (de kap van boven gezien)]

 

 frans

- Viollet-le-Duc, M., Dictionnaire Raisonné de l'Architecture Française du XIe au XVIe Siècle, Tome deuxième (ART-CHA). Paris (B. Bance), 1859. [546 blz. ISBN -]. Hierin: "Bardeau", blz. 117-118

 duits

- Stiehl, Otto, Der Wohnbau des Mittelalters. Deel in de serie 'Handbuch der Architektur', Zweiter Teil: 'Die Baustile', 4. Band: 'Die romanische und die gotische Baukunst', Zweites Heft. Leipzig (Kröner), 1908. [396 blz. ISBN -]. Hierin: blz. 291-293

- Griep, Hans-Günther, Das Bürgerhaus der Oberharzer Bergstädte. Deel in de serie 'Das Deutsche Bürgerhaus', nr 19. Tübingen (Ernst Wasmuth), 1975. [291 blz. plus 88 blz. foto's. ISBN 3.8030.0021.1]. Hierin "Nutschindeldeckungen": blz. 128-131  (betreft zowel dakbedekking als gevelbekleding ('Schindelbehang'). Uitvoerige beschrijving en tekening van het kloven)